Logonieuwstvcommunitystore

Game IconDriebanden

Eén tegenstander is altijd te sterk

27-11-2015

Gepubliceerd door bert van manen

commentlinktwitterfacebook
thumbnail
© Kozoom

Zijn 's werelds beste driebandenspelers supersterren? In mijn ogen wel. Ze rijden niet in Maserati's, dat weet ik. Maar soms zie je Lionel Messi iets doen wat alleen Lionel Messi op dat moment had kunnen bedenken, en ook nog uitvoeren.

Net als Caudron.

Er zijn miljoenen vrouwen die kunnen zingen. Maar alleen Adele klinkt als Adele. En alleen Horn speelt als Horn, Merckx als Merckx, Tasdemir als Tasdemir. Ze maken minder fouten dan wij, maar belangrijker dan dat: ze drukken hun stempel op het spel, ze voegen er hun unieke stijl aan toe. Stel: Kozoom maakt een videootje met twee hoge series, een van Zanetti en een van Jaspers, zonder de spelers zelf in beeld te brengen. Alleen de ballen. Ik denk dat we de speler herkend hebben voor hij aan het vijfde punt begint.  

Na drie dagen toekijken bij de Lausanne Billard Masters (wat een voorrecht!) is mijn respect voor de driebandenelite niet geslonken. Integendeel, ik heb bewonderd en genoten.  Maar deze gedachte kwam een aantal keren bij me op: "Het blijven toch mensen".   

Ik zag een wereldtopper zijn driehoekje bestuderen, uit iedere windrichting. Eerst nog even de ballen laten schoonmaken. Zes, zeven voorbewegingen. Het lange voorspel eindigde niet met een penetrante stoot, maar met een touché. Je houdt het niet voor mogelijk, maar vier beurten later deed ie het weer.     

Een andere ster wist geen raad met zijn kruisstoot. De klos leek er bij elke dikte hardnekkig in te zitten. Misschien waren er twee, drie andere opties, maar hij zag er niets in: te moeilijk. Hij ging terug naar de "makkelijke" lijn en legde aan. Dan kwam hij weer overeind, en ik zag zijn lippen bewegen. "Kiss". De seconden tikten weg. Hij speelde toch maar zijn kruisstoot, en liep al naar de stoel voor de tweede bal zijn speelbal uit de lijn kloste.   

Ik zag een voormalig wereldkampioen aanleggen voor een niet overdreven moeilijke losband, en ketsen. Wat een hatelijk geluid maakt dat toch. Raar maar waar: hij maakte het punt, al was het van vijf en niet van drie banden. Hij stak zijn hand op ter verontschuldiging (goeie gewoonte), en ging pas 7 punten later weer zitten.  

Een speler die bekend staat om zijn goede beslissingen, liep halverwege de partij even de zaal uit. Hij had er net 9 gemaakt, stond dik 2 moyenne te spelen, maar zijn gedachten waren alleen maar bij dat 10e punt. Hij liep langs me op, keek even, en zei: "Bert, ik ben echt niet goed wijs".     

Deze spelers zijn niet immuun voor driebandenvirussen en biljartbacteriën. Ze worden soms ziek. Die ene tegenstander waar ze het nooit van zullen winnen, is Het Spel zelf. Ze zijn tot de tanden gewapend met kennis, een beul van een afstoot en probleemoplossende creativiteit. En toch zijn ze soms machteloos, als het spel niet meewerkt. Toeval, de tegenstander en de immense moeilijkheidsgraad van sommige posities kunnen soms hun krachten tegen je bundelen, en dan ga je niet winnen. Ook niet als je een superster bent. 

Zanetti, tweevoudig winnaar in Lausanne, speelde qua gemiddelde een stuk beter dan vorig jaar. Hij won in 2014 met 1.4, dit keer werd hij met 1.7 vierde in z'n groep. Een sterke partij tegen Jaspers kwam te laat.  

Bury was niet eens zo ver verwijderd van een plek in de kruisfinales. Hij won (opnieuw) van Blomdahl, en had genoeg aan winst tegen Sung Won Choi in de laatste groepswedstrijd.  Het mocht niet zo zijn, Sung Won Choi was een stuk sterker.    

Merckx lag goed op koers, tot en met zijn 32-22 voorsprong op Blomdahl in de laatste wedstrijd. Drie beurten later was het 32-40, en hij had niets verkeerd gedaan. Wat een pech. Daar staat wel tegenover, dat zijn algemeen gemiddelde van 1.4 niet geweldig was. Merckx speelt de laatste tijd wat te nadrukkelijk verdedigend naar mijn smaak.   

Tasdemir, de Fred Astaire van het driebanden, speelde weer goed en prachtig. Hij had één verliespartij (tegen DJ),en moest van Horn winnen om zich te plaatsen. Het was 35-31 voor Tayfun, maar Martin maakte uit met 9. Dat komt hard aan, maar de Turk bleef er goedgehumeurd onder. Hij is wat mij betreft nog steeds één van de titelkandidaten in Bordeaux.   

Blomdahl kon niet echt overtuigen. Soms was hij even briljant, maar over drie dagen te wisselvallig. Zijn comeback tegen Merckx was spectaculair (een paar zwijntjes hielpen daaraan mee), maar in de halve finale was Horn gewoon beter.  

Sung Won Choi deed waar hij goed in is: de belangrijke punten maken. Hij verloor van TB, maar klopte Merckx en Bury. Tegen DJ waren de eerste acht beurten een nachtmerrie, en met 29 in 15 deed hij het bepaald niet slecht.  

Horn was opnieuw verliezend finalist, en net als vorig jaar moest hij er hard voor werken. Hij gaf zelf toe dat hij iets in het nadeel was op nieuw en glijdend materiaal, omdat hij alleen nog competitie speelt en ontbreekt op de World Cups. Verloor zowel in de groep als in de finale van DJ, maar maakte een sterke indruk tegen Zanetti, Tasdemir en Blomdahl. Er zijn maar weinig spelers met Horn's precisie, en zijn wedstrijdinstelling is voorbeeldig.  

En dan Jaspers. Zelfs zijn verliespartij tegen Zanetti doet niets af aan de glans van zijn toernooiwinst. Hij was in Lausanne zonder twijfel de beste. Zoals meestal het geval is had hij het hoogste moyenne. Maar belangrijker dan dat: hij had weer eens de dikste huid, de hardste kop, de grootste drang om te winnen. Is er ooit een speler geweest die de bal zo zuiver aanspeelt, en met zoveel autoriteit?    

 

Blomdahl shot 

 

Dit is één van die beslissende en fortuinlijke punten van TB tegen Merckx. Blomdahl zei later dat dit wel degelijk een legitieme dubbele kans is, maar hij gaf eerlijk toe dat hij er in dit geval niet op had gespeeld. "Ik dacht dat ik 'm goed in de lijn voor drie banden had gezet".  Om het punt op deze manier te maken, moet je snelheid perfect zijn, en het (vele) effect moet "uitsterven" in de hoek. Nog één keer tollen vanaf band 4, dan niets meer op band 5.   

 

Commentaren