Logonieuwstvcommunitystore

Game IconDriebanden

Gravel, gras en hardcourt

17-08-2018

Gepubliceerd door bert van manen

commentlinktwitterfacebook
thumbnail
© © Kozoom

Wimbledon is mijn favoriete toernooi, maar tennis zou tennis niet zijn zonder Roland Garros, de US Open en Melbourne. Er zijn andere spelers die uitblinken, en andere aspecten van het spel zijn bepalend. Ik hoop niet dat Flushing ooit overstapt op gras, of Roland Garros op hardcourt. Er is niks mis met aardappelen, ook niet met rijst, maar soms heb je gewoon zin in pasta.    

Op min of meer dezelfde manier kun je ook kijken naar onze formats in het driebanden. De World Cups, zoals ze nu gespeeld worden, hebben een ijzersterke formule en ik denk niet dat we daar de komende vijf, zes jaar aan hoeven te sleutelen. De Scotch Double is niet direct een systeem waarvan ik dolenthousiast word, maar als het Februari is en Viersen wordt gespeeld kan ik er echt wel met plezier naar kijken. Het wereldkampioenschap met z'n 48 spelers wordt elk jaar weer onder vuur genomen door de fans, omdat het veld voor de helft bestaat uit spelers met een hoge ranking en voor de helft uit geïnviteerden. Maar er zijn echt (goede) redenen om het zo te doen, en ik heb nog nooit naar een oninteressant WK hoeven kijken. De laatste aanwinst is de 3CC Masters met z'n door de computer gegenereerde posities. Dat hebben we pas één keer kunnen bekijken, en ik vond het half geslaagd. Vernieuwend, maar in mijn ogen niet interessant genoeg om er een cyclus van toernooien mee te houden. Eén zo'n toernooi per jaar zou ik prima vinden.    

Het McCreery evenement van afgelopen week gooide het over een andere boeg: in plaats van een nieuw format te bedenken werd een klassieker van stal gehaald: de Round Robin. Ik ben natuurlijk een ouwe ###, dus ik vond het geweldig. In een Round Robin speelt iedereen tegen iedereen, zo simpel is het. Via het Avé systeem (of handmatig) kan een handige wedstrijdleider altijd zorgen dat de beslissende partijen tussen de kanshebbers als laatste gespeeld worden. Nadeel: op de slotdag zijn er ook partijtjes om plek 11 en 12 waar niemand meer voor warm loopt. Maar het belangrijkste voordeel van de RR is dat de beste spelers (bijna) gegarandeerd komen bovendrijven. Ceulemans won niet voor niets het merendeel van zijn titels in Round Robin toernooien.

In knock-out events, zoals de World Cups, kan een goede speler een topspeler uitschakelen, als hij een uitzonderlijke dag heeft. Shin Dae Kwon - Jaspers in Ho Chi Minh 2015 is een goed voorbeeld, en Zapata - Caudron in Blankenberge 2018; het gebeurt elk seizoen wel een paar keer. In een Round Robin met twaalf spelers zullen de bovenste vier altijd hogere moyennes hebben dan de onderste vier. Je kunt eens éen partij ongelukkig verliezen, maar niet vijf of zes. Het RR-format meet je prestaties over een week, niet over een halve dag. Zo was het ook in New York, waar Caudron, Merckx, Jaspers en Sayginer de kruisfinales speelden, en ze waren inderdaad de vier besten van de week. Dani Sánchez en Sung Won Choi speelden bij vlagen ook heel sterk, maar hadden een paar zwakkere momenten. Haeng Jik Kim was er nog het dichtstbij, maar Zanetti zette hem in de laatste ronde de voet dwars. Marco had de meest merkwaardige week van allemaal: hij begon met vier verliespartijen en het magere 1.228, daarna won hij zeven keer op rij en hij eindigde op 1.526.   

Kortom: ik geniet van Round Robin omdat het zo eerlijk is. In een World Cup is de Winnaar altijd ongeslagen, maar hij heeft soms tegen de grootste concurrent(en) helemaal niet hoeven spelen. In een Round Robin kun je niemand ontlopen. Caudron was de beste speler in de McCreery, op zijn eindoverwinning viel helemaal niets af te dingen. Maar hij verloor onderweg wel VIER van zijn dertien partijen, omdat het veld zo beresterk was. Een knock-out schema verhult de kwetsbaarheid van de winnaar, een Round Robin onthult het. Dat neemt de glans van een titel niet weg, integendeel.      

Een laatste opmerking over formats: we hebben er nu wel genoeg. Een paar jaar geleden was iedereen druk in de weer om met innoverende ideeën te komen, iets te bedenken om het tij te keren. De paniek is nu wel over: het driebanden bloeit, de topspelers verdienen geld en de kalender is overvol. Wat we beslist NIET moeten doen, is de driebandensport van z'n identiteit beroven omdat het zo nodig de brede massa moet aanspreken. Kansloze missie. Wat we absoluut WEL moeten doen, is tijd en geld investeren om de jeugd (meer) voor het biljarten te winnen. Want u en ik, we worden een dagje ouder.  

 

Commentaren