Logonieuwstvcommunitystore

Game IconDriebanden

Jacob Haack Sörensen: het heilige vuur is terug

03/26/2017

Published by frits bakker

commentlinktwitterfacebook
thumbnail
© © Kozoom/Korea
Jacob Haack Sörensen is terug in de World Cups na een lange stop

LUXOR - Was hij ooit niet één van de grote talenten in het Deense biljarten, één van de spelers met een grote toekomst? Jacob Haack Sörensen was de naam, uit de generatie van Dion Nelin, Brian Zola Hansen en Brian Knudsen. De inmiddels 45-jarige Deense biljarter, geboren in Odense, later verhuisd naar Kopenhagen, verdween jarenlang uit beeld, nadat hij in 1995 in Viersen de wereldtitel voor landenteams had veroverd met Dion Nelin. Twaalf jaar lang was hij maar zelden meer te bewonderen, dit jaar is hij terug, deze week in zijn eerste World Cup sinds al die jaren in Luxor.

Ze waren 18 en 22, Dion en Jacob, in dat jaar van de wereldtitel. Jonge, aanstormende talenten met een zekere bravour. Het was de aanzet voor een mooie carrière, waarin Nelin aardig wat internationale successen haalde, zoals een tweede plaats op het WK in eigen land en een Europese juniorentitel. Jacob Haack Sörensen heeft die grote doorbraak nooit gemaakt, ondanks podiumplaatsen op het Europees kampioenschap van 2002 in Izmir na Frédéric Caudron en Tonny Carlsen en brons op het wereldkampioenschap van 2004 in Rotterdam na Dick Jaspers en Filipos Kasidokostas.

De blonde, modieus geknipte Deen schuift in Luxor aan voor een aangenaam interview over het verhaal van zijn carrière. Jacob Haack Sörensen, logistiek medewerker en distributeur in een bedrijf in food en supplements, economie gestudeerd aan de universiteit, getrouwd geweest, vader van een tweeling (twee jongens) van elf jaar.

Kozoom/Frits Bakker: Waarom die terugkeer op het internationale podium, waar komt die nieuwe ambitie vandaan?
Jacob Haack Sörensen: Ik voelde langzamerhand dat het heilig vuur weer terugkwam, de ambitie om weer in World Cups en andere grote toernooien te spelen. Denk niet dat ik het biljarten niet heb gemist hoor. Ik ben het allemaal blijven volgen, het was een zegen dat Kozoom er kwam, zodat ik al die wedstrijden kon bekijken. Maar om allerlei reden speelde ik zelf alleen nog wat in Denemarken, Duitsland en Nederland, niet veel wedstrijden, meestal als reservespeler Mijn terugkeer heeft twee reden: zoals ik al zei, ik heb na wat ups en downs in mijn leven zelf weer zin gekregen. Dat komt ook door Michael Mikkelsen, een sterke klassieke speler, die mijn vriend is geworden. We spelen heel veel samen, ik bewonder zijn kennis en techniek en hij heeft mijn enthousiasme weer aangewakkerd. Hij geeft me de inspiratie die ik nodig had. Verder heeft de Deense bond, met het oog op het WK dat in 2019 in Randers wordt georganiseerd, een project opgestart om spelers uit ons land hoger op de ranglijst te laten klimmen. Dat spreekt me zeker aan. We zijn voorlopig met vijf spelers voor een project van twee jaar: Tonny Carlsen, Lars Dunch, Allan Schröder, Thomas Andersen en ikzelf. Dion Nelin niet, die had geen ambitie om eraan mee te doen. De bond heeft sponsors gevonden die de kosten betalen als we naar World Cups reizen en organiseert trainingssessies. Ik speel er drie dit jaar: Luxor, Porto en La Baule.

Kozoom/FB: Hoe kijk je terug op die mooie start van je carrière... En waar is het de andere kant opgegaan?
JHS: Ik was begonnen op mijn vijftiende jaar, samen met een schoolvriend, eerst Deens kegel-biljarten, een discipline met kegels op een matchtafel met pockets, die alleen in mijn land wordt gespeeld. Een paar jaar later ben ik al overgestapt naar carambole, omdat het veel meer fascinatie heeft. Ik kreeg al snel het gevoel dat ik talent had en sterker kon worden. Hans Laursen, een bekende Deense biljarter, is mijn leraar geworden. Ik werd verrassend Deens kampioen en wilde de wereld in, World Cups gaan spelen. Het was de generatie van Dani Sánchez, Roland Forthomme, Michael Nilsson, Nikos Polychronopoulos. Ik mocht als Deense jeugdkampioen naar het allereerste EK voor junioren. Dani Sánchez, die mij had uitgeschakeld in de kwartfinales, werd kampioen. Het was een prachtige tijd. De World Cups kwamen op mijn pad en die wereldtitel met Dion Nelin zette mijn land op zijn kop. Het Deense volk dacht dat biljarten een sport voor oude heren was. Maar wij, 18 en 22, werden ineens wereldkampioen. De kranten stonden er vol van. In die jaren daarna, met de World Cups, heb ik nooit gewonnen, maar speelde ik wel vaak tot de kwartfinales. Zo rond het jaar 2000 stond ik altijd in de top tien van de wereld. Toen kwam er een verandering in mijn leven. Ik was naar Kopenhagen verhuisd, kreeg een job, ben getrouwd in 2003, we hebben de twee kinderen gekregen, ik ben ook weer gaan studeren en ik kreeg minder tijd voor biljarten. Toch eindigde ik nog als derde op het WK in Rotterdam in 2004, maar een jaar later speelde ik mijn laatste WK in Lugo. Vanaf die tijd heb ik weinig meer gespeeld, ik miste de ambitie, de tijd om te trainen en de wereld in te trekken.''

Kozoom/FB: Wat is er in die tussenliggende jaren gebeurd, in je leven, in de sport?
JHS: Ik heb me heel erg op mijn werk geconcentreerd en kreeg weinig tijd meer om te reizen. Tussendoor was er ook wat lichamelijk ongemak geweest. Ik ben geopereerd aan een hernia en heb er vier maanden uit gelegen. Maar dat was al in 2002, in de jaren dat ik nog volop in de opbouw was van mijn carrière. Ik ben getrouwd in 2003, maar we zijn later uit elkaar gegaan. De jongens wonen vlak bij mijn huis, dus ik zie ze regelmatig. Ik bleef wel biljarten, onder andere in de Deense, de Nederlandse en Duitse competitie, maar niet veel wedstrijden. Het WK in Viersen, in 2016, was mijn internationale comeback, samen met Brian Zola Hansen. En nu dus de World Cups, ik heb er heel veel zin in.

Kozoom/FB: Wat is er in al die jaren veranderd in het driebanden, tactisch, technisch, in de spelopvatting?
JHS: Hééél veel... Ik zei het al, ik heb het gevolgd op Kozoom en ik heb mijn ogen uitgekeken. Vergeleken met tien jaar geleden is de spelopvatting ontzettend veranderd. De meeste (grote spelers) zijn veel aanvallender gaan spelen. Het spel is voor 90 procent offensief geworden, daardoor zijn de moyennes enorm verhoogd. Natuurlijk is verdedigen belangrijk, maar het spel is attractiever geworden, er wordt met veel meer snelheid gespeeld, het spel is frisser, mooier om naar te kijken, meer verfijnd. Meer snelheid wil niet zeggen dat je geluk moet hebben met de posities. Bert van Manen heeft daar pas een mooie column over geschreven na de finalepartij van Frédéric Caudron in Bursa. Het niveau is echt zo veel verbeterd in die tien jaar dat ik eruit ben geweest.

Kozoom/FB: En jij zelf, ook een ander mens geworden?
JHS: Mijn leven ziet er heel anders uit dan een paar jaar geleden. Ik ben gelukkig en me veel meer bewust van wie ik werkelijk ben. Mentaal ben ik zo veel sterker. Ik ben depressief geweest, een half jaar, dat was een verschrikkelijke tijd. Maar nu lacht alles me weer toe, ik geniet van het leven en van de sport waarvan ik altijd heb gehouden.

Jacob Haack Sörensen, tegenover zijn eerste (Egyptische) tegenstander in de World Cup

De arena in het Sonesta St George hotel op de openingsdag

 

 

Comments