Logonieuwstvcommunitystore

Game IconCarambole

Martin Spoormans, meester op alle wapens

05-05-2011

Gepubliceerd door

commentlinktwitterfacebook
thumbnail
© © Frits Bakker
Martin Spoormans voelt zich thuis op alle terreinen en in alle disciplines van de biljartsport.

ARENDONK – De rol die hij jaarlijks speelde op het gala in het Hilton hotel in Antwerpen was hem op het lijf geschreven. Martin Spoormans kon er in een volle zaal opbloeien als een soort showmaster, als arbiter in de partij tussen twee kampioenen, de wereldkampioen en de winnaar van de Worldcup. ,,Ik vind dat biljarten meer show en meer entertainment verdient’’, zegt de Belg, die behalve voor driebanden de wereld heeft rondgereisd voor vele andere disciplines van het biljart.

Hij draagt de bijnaam Mister Carambola, die hij kreeg in India en Engeland, met een fierheid die past bij zijn imago. Martin Spoormans (60 jaar jong) is ijdel, kan urenlang praten over biljarten, is een prettig gezelschap voor alles en iedereen voor en na de wedstrijden en is een biljarter die al jarenlang meedoet in de subtop, in België, Nederland, Frankrijk en Duitsland.

Kozoom sprak met één van de markantste biljarters in het circuit.

Martin Spoormans (2 juni 1960) is geboren in Arendonk, is getrouwd met Marleen Marien, heeft een dochter (Christel)O en een kleinzoon van veertien (Nathan), geen biljarter, maar een rugbyspeler, visser en schaker.

Spoormans werkte 35 jaar bij Philips als onderhoudsbankwerker, acht jaar geleden ging hij bij een herstructurering met pension, sinds die tijd kan hij zich bezighouden met zijn hobby’s: vooral biljarten, maar ook golfen, vissen, wandelen in de natuur, bijvoorbeeld in Canada, om elanden en herten te spotten.

Frits Bakker: Welke disciplines van biljarten heb je beoefend en wat doe je nu nog in biljarten?
Martin Spoormans: ,,Behalve driebanden en andere spelsoorten in het klassieke biljarten, speel ik nog altijd snooker op amateurbasis. Vorig jaar ben ik clubkampioen geworden in Valkenhof in Arendonk, een club die ik zelf 25 jaar geleden heb opgericht. Mijn hoogste break dit jaar is 81.’’
,,Ik ben Belgisch kampioen English billiards geworden in 1987 en heb in Belfast een WK gespeeld met zestien spelers. Ik was de eerste Europeaan die een wedstrijd van een Engelsman won. Die jaren waren er een stuk of vijftig spelers in het profcircuit Mijn hoogste ranking was rond de 25. Ieder jaar waren er zes toernooien, drie in Engeland, drie in India. Dit jaar zou het WK worden gehouden in Christchurch, maar het is afgelast vanwege de aardbevingen. Waarschijnlijk wordt het nu in augustus in Ierland gespeeld. Ik hoop dat ik er bij zal zijn.’’
,,Dan speel ik ook nog kegelbiljart en biathlon, drieband naar 25 en 150 kegel, waarin ik wereldkampioen werd in 1993 in Velje, Denemarken. Andere wereldkampioenen in deze discipline zijn Blomdahl, Zanetti en Sjorup.’’

FB: Wanneer ben je begonnen met biljarten?
MS: ,,Mijn vader kocht een biljart van 2 meter 10 voor 3000 Belgische franken (nu 75 euro) toen ik twaalf was, in 1962. Die tafel liep slecht, ik denk dat ik daardoor altijd wat harder speel dan andere spelers. Vanaf 1965 speelde ik mee in de Kempen, een competitie met tien clubs. Het eerste jaar won ik alle wedstrijden in mijn klasse.’’
,,Toen ik aan het eind van het jaar een finale won, vroeg Stan Laenen, die in Mol een biljartacademie had, of ik daar lid wilde worden. Hij gaf elke woensdag en zaterdag les aan een tiental jongeren. Ik reed elke woensdag op de fiets van school naar Mol, met een keu van honderd frank achterop, zeventig kilometer heen en weer om een paar uurtjes te biljarten. Ik won in Pepinster op het Belgisch kampioenschap jeugd een partij tegen Jean Claude Dupont, huidig voorzitter van de wereldbond. In 1975 ben ik gepromoveerd naar de ereklasse, samen met Leon Smolders en Daniel Bruggeman. Ik was 25 toen en dat jaar stierf mijn vader op zijn vijftigste jaar. Ik deed de belofte dat ik zou stoppen met biljarten als ik vijftig was en 25 in de ereklasse had gespeeld, maar op die uitspraak ben ik later toch weer teruggekomen.’’

FB: Voor welke clubs heb je in al die jaren gespeeld?
MS: ,,Voor MBA in Mol achttien jaar, daarna Valkenhof, Wesenbeek Antwerpen, in Tienen, TBA, Lugo Antwerpen en volgend seizoen Biljart Expres.’’
,,In Nederland ben ik al twintig jaar lid van hetzelfde team, dat werd opgericht door Joop en Raymond Nicodem. We werden kampioen en promoveerden naar de eredivisie. Ik verloor dat jaar maar één partij en won zelfs van Eddy Leppens. Die ging zitten voor zijn laatste carambole, die volgens hem mis was. Ik ging naar de tafel, speelde uit met zeven en we waren kampioen.’’
,,In de eredivisie won ik een paar wedstrijden, onder andere tegen Sayginer en Merckx. Met Forthomme, De Bruijn en Habraken werden we enkele jaren later kampioen van Nederland in de eredivisie.’’
In Duitsland speelde ik in Hernestamm bij Dortmund, waar ik dit jaar wedstrijden tegen Merckx en Leppens won, de nummers twee van het WK in Viersen. Het team wil volgend jaar niet meer in de bundesliga spelen. Vermoedelijk ga ik naar Duisburg, waar ik invaller wordt van Merckx.’’
,,In Frankrijk speel ik bij Gravelines, voor het zevende jaar. Dit jaar won ik van Caudron en Forthomme in de competitie, ik speelde 1.410 gemiddeld, in België 1.326, in Duitsland 1.369.’’

FB: Wat is het beste team waarvoor je ooit hebt gespeeld.
MS: ,,Het team van Lugo in het eerste jaar met Blomdahl, Jaspers, Forthomme en ik. We speelden een nieuw wereldrecord teammoyenne, 184 in 84 beurten. We werden drie keer op rij kampioen in België, ook met Caudron, Leppens en Burgman.’’

FB: Je staat ook bekend als één van de beste scheidsrechters in het driebanden.’
MS: ,,Ik ben veertig jaar geleden arbiter geworden en heb veel wedstrijden geteld, bijvoorbeeld in de vijfkamp bij Dielis. Daar stal ik met mijn ogen hoe de grote spelers de ballen maakten. Ik heb veel finales geteld in de Worldcup in Sluiskil en ook vele keren de Superfinale in het Hilton-hotel in Antwerpen.’’

FB: Wat zijn de beste wedstrijden uit je carrière die jij je kunt herinneren?
MS: ,,De eerste keer dat ik van Raymond Ceulemans won, was zo’n 35 jaar geleden, het stond na zestien beurten 30-12 voor mij, Ceulemans kwam terug, maar ik bleef net voor en won 60-53 in 48 beurten. Tegen Dick Jaspers in TBA stond ik 41-21 achter in twintig beurten, ik win toch nog met 50-49. Vorig jaar won ik in Laxou van Blomdahl, maar in TBA speelde ik mijn beste wedstrijd tegen Blomdahl. Ik stond 25-4 voor, Blomdahl maakte elf, in 21 beurten was het 47-43 voor mij en speelde hij uit met zeven: 50-47 in 21 beurten. Vorig jaar in Frankrijk speel ik tegen Caudron, het staat 25-21 voor hem in veertien beurten en hij maakte uit met 25. Ik maak er nog elf in de nabeurt. Zondag speelde ik weer een speciale wedstrijd tegen Jaspers. Hij maakt in veertien beurten vier series, één van veertien, twee van twaalf en één van zeven. Dick wint met 50-25 in veertien.’’

FB: Zijn er tegenstanders tegen wie je niet graag speelt?
MS: ,,Ik speel het liefst tegen topspelers, dan weet ik dat ik zeer goed moet zijn om te winnen en concentreer ik me beter dan normaal. Ik heb van niemand schrik. Ooit heb ik tegen Steve Davis gesnookerd in Delhi in 1995, op het WK alle disciplines waar we 100 punten snooker, 100 billiards, 100 pool en 100 vrij spel speelden. Davis won het toernooi, ik werd vijfde.’’

FB: Waarom worden geluksballen in biljarten ook wel eens Spoormansjes genoemd?
MS: ,,Ik maak veel geluksballen, omdat ik veel harder speel dan de meeste spelers. Raymond Nicodem heeft die ballen naar mij vernoemd, zo is dat gegroeid.’’

FB: Hoe lang ga jij nog door met biljarten, denk je?
MS: ,,Ik hoop nog zeker vijf jaar te spelen als de gezondheid het toelaat, zodat ik vijftig jaar officieel lid ben van de bond.’’

FB: En met je andere hobby?
MS: ,,Golfen doe ik vanaf dit jaar officieel, ik begin dus met een handicap van 36. Dit jaar wil ik rond de dertig staan, volgend jaar tussen 20 en 25. In biljarten voel ik dat ik zelfs nog niet aan mijn top ben. Snookerspelers trainen tot tien uur per dag, ik zelf train eigenlijk alleen als er een week geen competitie is.’’
,,Ik ben ook nog enkele jaren bondscoach geweest in Singapore, waar ik de spelers moest voorbereiden op de Asian games. Daar heb ik veel goede vrienden aan overgehouden. Ik hoop verder dit jaar het Belgisch kampioenschap billiards te winnen en het WK te spelen. Misschien ook het WK kegel in Argentinië. De ambitie om overal te spelen en me nog verder te ontwikkelen is nog lang niet weg. Mijn spreuk die ik vroeger in het college schreef was: ’Deo gratias, Martin Spoormans, Mr. Carambola.’ Op die titel ben ik trots.’’


 
 
 

Commentaren