Driebanden
SCHILTIGHEIM – De Franse lunch stelde hij uit naar drie uur in de middag, twee uur voordat hij zelf voor het eerst in de Agipi arena moet verschijnen. Tijdens de eerste partijen van vanmiddag (Torbjörn Blomdahl tegen Dong Koong Kang en Tayfun Tasdemir tegen Javier Palazón) verdwijnt hij voor een kort slaapje naar zijn hotelkamer. ,,Kijken doe ik straks wel, op het eind van de partijen.''
Dick Jaspers is een professional die elk uur van de dag leeft voor zijn sport. En die meedenkt en nadenkt over wat er in zijn sport gebeurt. ,,Het is een loterij geworden’’, zegt hij bijvoorbeeld over de laatste toernooien voor de World Cups in Hurghada en Antalya. ,,We kunnen allemaal van elkaar winnen, onvoorstelbaar hoe spelers zich verbeteren.’’
Hij wees naar de avond daarvoor, waarin hij en Blomdahl in een wedstrijd voor de Franse competitie boven de drie gemiddeld speelden en hij zelf en Filipos Kasidokostas een serie van achttien maakten. Hij verwees naar Dave Christiani, die voor de beker in Nederland dezelfde avond drie gemiddeld speelde en één set (vijftien) uitmaakte in één beurt en naar Frédéric Caudron die met 40 in 13 beurten weer maar eens schitterde in een Belgisch toernooi.
Dick Jaspers is zijn nummer één positie in de wereld aan hem kwijtgeraakt door de World Cups, waarin hij alleen in Wenen en in Matosinhos vorig jaar de halve finale haalde, nota benen in een jaar waarin hij zowel Nederlands, Europees als wereldkampioen werd.
Vanmorgen, aan het ontbijt, filosofeerde hij over de enorme progressie van veel spelers aan de top, maar vooral ook in de subtop. En over verschil in materiaal bijvoorbeeld, zoals de biljarts. ,,Ik ga bij de Nederlandse bond maar eens vragen of ze in het trainingscentrum een Platin biljart zetten, omdat we zo vaak op die tafels moeten spelen en het zo belangrijk is dat we ons aanpassen als we naar de grote toernooien gaan.’’
Donderdagavond, voor de start van de kwalificatie in de Agipi Masters, liet hij zien dat zich op de biljarts in Schiltigheim (merk Breton) wel goed thuisvoelt. Hij finishte in zijn partij tegen Blomdahl met achttien en maakte er ooit in een vorige editie ook een serie van 21.
Hij spreekt zich niet zo snel uit over het nieuwe systeem van de CEB (naar 40 punten in plaats van 50), hoewel Jaspers toch een speler is die in een partij moet kunnen groeien. ,,Ik vind in elk geval wel dat ze in competities in Nederland en België naar kortere punten moeten spelen. Daar duurt het allemaal veel te lang’’, vindt hij. ,,In Nederland duurt een competitiewedstrijd een hele middag en in België zijn we ’s avonds om twaalf uur nog bezig. Ik speel graag voor teams hoor, maar we zouden veel kortere partijen moeten spelen. Dan blijft het aantrekkelijk voor het publiek en voor de spelers.’’
Jaspers pleit voor verbeteringen van de competitie opzet, zodat problemen zoals zich die nu voordoen met de Nederlandse en Franse bond (de play-offs in Frankrijk tegelijk met de bekerfinale in Nederland) voorkomen kunnen worden. ,,Ik roep het al zo lang: er is in 25 jaar nog nauwelijks iets veranderd. In de Nederlandse competitie zouden ze meer dubbele weekends moeten spelen om spelers meer ruimte te geven. Dan was dit nooit gebeurd. Hoe moeilijk is het nou om één keer per jaar bij elkaar te gaan zitten met vier bonden waar het in wezen om gaat: de Nederlandse, Belgische, Franse en Duitse bond, omdat daar spelers uitkomen die soms in vier dezelfde competities spelen. Zo moeilijk lijkt het me toch niet om die kalenders op elkaar af te stemmen.''
Kijkend naar zichzelf concludeert hij: ,,Ik ben topspeler, ik moet mijn brood verdienen met biljarten en ik heb veel verplichtingen in het buitenland. Misschien is het wel een klein beetje egoïstisch, maar de competitie in Nederland, die bekend staat als de beste in de wereld, heeft zijn status te danken aan de topspelers. Dan mogen ze daar ook rekening mee houden, vind ik. Ik ga eerst goed nadenken hoor, als ik een aanbod krijg in Nederland om volgend jaar competitie te spelen. Het is voor mij onmogelijk om 21 weekends in Nederland te spelen.’’
Vanmiddag (17.30, tegen Lütfi Cenet) begint Jaspers aan zijn vijfde Agipi Masters. Twee keer in de vorige vier werd hij tot winnaar uitgeroepen, meestal was hij ook de grootverdiener in het toernooi. In de laatste kwalificatieronde speelt hij dit weekend tegen Marco Zanetti, Martin Horn, Lütfi Cenet en Ryuuji Umeda voor een plaats bij de beste acht.