Logonieuwstvcommunitystore

Game IconDriebanden

Fenomeen Torbjörn Blomdahl: biljarten is de meest fantastische sport

05-12-2021

Gepubliceerd door frits bakker

comment1linktwitterfacebook
thumbnail
© © Paul Brekelmans
Torbjörn Blomdahl tussen twee toernooien door: aan de boorden van de Rode Zee, op weg naar het WK in Sharm El Sheikh

SHARM EL SHEIKH - Het moment van de waarheid is eindelijk daar. De 59-jarige Zweed Torbjörn Blomdahl heeft meer dan twee jaar, om precies te zijn 737 dagen(!), kunnen genieten van zijn zesde en voorlopig laatste wereldtitel in het driebanden. De regerend kampioen, die in de nadagen van zijn prachtige carrière is, oogt topfit, in blakende vorm en klaar om in dit veld van grote spelers nog eens te schitteren. ,,Het zijn niet de mooiste jaren geweest om mijn wereldtitel te koesteren'', realiseert hij zich aan de vooravond van het 73e wereldkampioenschap in Sharm El Sheikh, op een zonnig terras met uitzicht op de Rode Zee. Het is uitgerekend in dit land, 34 jaar geleden, dat Torbjörn zijn eerste wereldtitel haalde: in Caïro, 1987, amper 25 toen, het nieuwe, grote talent, de opvolger van de grote Raymond Ceulemans en een heel biljartleven voor zich.

Torbjörn Blomdahl, geboren in Gothenburg (Zweden, (26 oktober 1962), woonachtig in Backnang, Duitsland, werd zes keer wereldkampioen, waarvan de laatste twee titels in de laatste vijf jaar, won 44 World Cups, veruit de meeste van alle mondiale biljarters, is de huidige nummer drie van de wereldranglijst en wil nog tenminste vijf jaar doorgaan op topniveau. ,,Ik heb niet meer zo die absolute drang om veel te scoren en te winnen, ik speel wat meer met plezier, maar ik hou nog net zo veel van biljarten. En ik blijf er alles voor doen. Het is de meest fantastische sport die ik me kan voorstellen.''

Kozoom zocht hem op voor een interview in de dagen voor het wereldkampioenschap in Sharm El Sheikh. Het verhaal ('eerlijker kan ik niet zijn') gaat over titels, kanshebbers, culturen, verleden, heden, toekomst, profs en amateurs, ambities en zijn laatste jaren als profbiljarter: ,,Ik wil ooit nog wel iets moois terugdoen voor mijn sport.''

Kozoom/Frits Bakker: De vergelijking tussen twee grootheden is zeker op zijn plaats. Toen Raymond Ceulemans in 2001 in Luxemburg voor de laatste keer wereldkampioen driebanden werd, was hij 64 jaar. Jij was zijn opvolger, je bent nu 59, nog vijf jaar jonger. Hoe reëel is het te denken, dat Torbjörn Blomdahl tenminste nog één keer wereldkampioen wordt?
Torbjörn Blomdahl: Ik sluit het natuurlijk niet uit, want ik heb in de laatste World Cup laten zien dat ik nog goed kan biljarten. Maar het zijn iets te veel ups-and-downs, 40 in 10 beurten, een serie van 22, maar ook mindere partijen. Raymond Ceulemans heeft voor zijn laatste wereldtitel een geweldige prestatie geleverd, maar de tijd was anders, met minder concurrentie. Wat in mijn voordeel spreekt, is dat ik twee van de laatste vijf wereldtitels heb gewonnen. Maar als ik een buitenstaander was, zou ik mijn geld niet op mij zetten. En als ik dit WK niet zou winnen, zou ik niet teleurgesteld zijn.

Kozoom/FB: Het is totaal 737 dagen geweest - precies uitgerekend - dat jij de wereldkampioen was. Hoe mooi, maar ook hoe turbulent is die tijd geweest voor een topsporter, die gewend was om veel te spelen, veel te reizen, te genieten van je wereldtitel?
Torbjörn Blomdahl: Het is vooral jammer, dat ik op deze leeftijd zo'n lange pauze heb gekregen. Ik had liever geprofiteerd van mijn vele rankingpunten en van de voordelen die dat oplevert voor plaatsing in de World Cups. Twee jaar genieten van een wereldtitel is aan de andere kant ook niet iedereen gegund. Maar verder, die turbulente tijd is voor iedereen heel bijzonder geweest met al die vele slachtoffers. En in de sport: ik heb zeven maanden niet kunnen spelen, omdat alle clubs dicht waren en omdat ik zelf geen biljarttafel thuis had. Het is een geluk dat ik gezond ben gebleven, maar wat een tijd is dit geweest..., wat mooi dat we eindelijk weer konden starten.

Kozoom/FB: Weet je dat er ooit maar één iemand langer wereldkampioen is geweest zonder te spelen? Augusto Vergez uit Argentinië, van 1938 tot 1948. Wel eens van gehoord? Hoe is trouwens jouw kennis van de historie van het driebanden?
Torbjörn Blomdahl: Ik heb eerlijk gezegd nog nooit van deze man gehoord. Wat ik weet uit de historie is, dat Edmond Soussa uit Egypte de eerste wereldkampioen was, dat Raymond Ceulemans heel veel titels heeft gehaald, maar veel weet ik niet van statistieken. Ik leef niet zo in het verleden, ik kijk naar de volgende wedstrijd en naar het volgende toernooi. Ik ben begonnen met biljarten toen ik elf jaar was, dus ik speel nu 48 jaar. Mijn motto en filosofie is: niet te veel terugkijken. Mijn energie wil ik steken in veel trainen en veel wedstrijden spelen.

Kozoom/FB: Voor zo ver het mag dan, toch even in het verleden duiken: jouw eerste wereldtitel, in 1987, is toevallig ook behaald in Egypte, in Caïro, met 1.099 gemiddeld. Met de Amerikaan Frank Torres en de Mexicaan Arturo Bone op twee en drie op het podium. Wat herinner je je daarvan? Hoe was Egypte toen, 34 jaar geleden?
Torbjörn Blomdahl: Wat me vooral bijstaat, is dat ik dat toernooi absoluut moest winnen. De grote spelers waren net overgestapt naar de BWA, de toenmalige profbond. Ik was het eigenlijk aan mijn stand verplicht om te winnen. In de finale speelde ik tegen Frank Torres, een Amerikaan, die in de finale veel te dicht bij kwam. Ik won maar met 50-47. Het waren moeilijke, Amerikaanse tafels, die niet helemaal goed liepen, vandaar dat de moyennes heel laag waren. Het was mijn eerste keer in Egypte, ik was nog bijna niet buiten Europa geweest, alleen een paar keer naar Amerika, toen ik net 17 was, om te trainen. We kwamen in elk geval nog helemaal niet in Korea. De eerste keer was met Sang Lee, de eerste, echte Koreaan die doorbrak.

Kozoom/FB: We gaan terug naar nu. Hoe fit is de regerend kampioen, wat heeft hij eraan gedaan in de COVID tijd om fysiek en mentaal klaar te zijn voor de nieuwe start en voor een enorm belangrijk toernooi voor jou, het WK? Is de conditie optimaal? Heb je geen kwaaltjes van een man van bijna zestig?
Torbjörn Blomdahl: Zo veel mogelijk getraind, maar soms een hele tijd niet. Voor wat mijn fysieke toestand betreft: ik heb problemen gehad met mijn schouder, eerst met mijn rechter, later met mijn linker. Voor die kwaal ben ik tien weken naar FC Porto gegaan om me te laten behandelen. Ik ben er voor een groot deel vanaf gekomen. Vooral de linker is nu weer goed, zodat ik goed kan afstoten. Wat ik verder veel heb gedaan? Veel series kijken op Netflix, veel boeken lezen, veel schaakpartijen gespeeld op internet, en thuis eten klaarmaken, omdat de restaurants dicht waren. Tsja, en de kwaaltjes van een zestiger... Marco (Zanetti) heeft fysiek getobt, ik ben weer twee jaar ouder na mijn laatste wereldtitel. En het wordt er ook niet beter op. We moeten niet te veel klagen, gewoon biljarten, ik ben klaar voor het WK, Marco ziet er ook scherp uit. We moeten zeker nog een paar jaar meekunnen.

Kozoom/FB: Wat hebben de laatste World Cups getoond, voor jou zelf, in een analyse, hoe schat je de concurrenten in. Wie zijn voor jou de grote kanshebbers om dit WK te winnen?
Torbjörn Blomdahl: Mijn gevoel is dat het wat op en neer gaat: een mooie partij, maar voor hetzelfde geld daarna een slechtere partij. Ik ben goed voorbereid op het WK, maar er zijn veel andere kanshebbers. Hoe zal ik de concurrenten eens inschatten? Dani Sánchez is in de winning mood, heeft een geweldig jaar. Hij had alleen een dodelijk sterke poule in de laatste World Cup. Semih Sayginer was fantastisch. Hij is in mijn ogen de meest totale speler van ons allemaal: techniek, stoten, mentaliteit, oplossingen, snelheid, verdedigen. Zijn laatste partijen in de World Cup waren een ware demonstratie. Wat een genot om naar te kijken. Marco Zanetti was ook weer supersterk, ondanks zijn ongemak, hij is in spelopbouw de sterkste van alle toppers, een enorm goede speler, een speciale speler in vele opzichten. Dick Jaspers is Dick Jaspers. Ik heb eens gezegd, op de vraag wat er veranderd is in het biljarten vergeleken met vroeger? Ik zei, alleen dat Jaspers is gestopt met missen!! Jaspers is de nummer één, altijd op zijn best, de enige speler die altijd terugkomt na een inzinking in een wedstrijd. Eddy Merckx is even aan het laagvliegen in de laatste World Cups, hij speelt niet super, een beetje onder zijn gewone niveau, maar o zo gevaarlijk. En Haeng Jik Kim is ook levensgevaarlijk als hij eenmaal op toeren komt. Wie nog verder? De Turken, Tasdemir, Coklu. De andere Koreanen, Heo, Choi. De Vietnamezen zijn er niet, jammer genoeg.

Torbjörn Blomdahl tijdens zijn laatste toernooien, de voorbereiding in Lausanne

Kozoom/FB: Wat vond je, om in details te treden over de World Cup in Sharm El Sheikh, het opvallendste aan het gegeven dat de gemiddeldes niet extreem hoog waren en dat er wel veel en heel hoge series zijn gemaakt?
Torbjörn Blomdahl: Ik ben het er niet mee eens, dat de moyennes niet zo hoog waren. Kijk naar de nummers 1 tot 15 in de stand, allemaal rond de 1.800 en 2.000. Dat komt omdat het kwaliteitsverschil zo klein is. Moyennes ver boven de 2 worden alleen gespeeld als een partij met 40-10 of 40-20 wordt gewonnen, niet als de partijen gelijk opgaan naar 40 of 50 en er op het eind volop wordt verdedigd. De moyennes waren hoger dan in Veghel, waar de tafels verschillend waren en waar je van de ene tafel naar de andere moest aanpassen. Hier waren de acht tafels gelijk, ze waren makkelijk en berekenbaar. Wat de hoge series betreft, dat is ook een kwestie van lekker lopen. Bij die serie van 22 van mij waren de laatste 12 onmisbaar. Ik denk dat het wereldrecord van 28, als hoogste serie, er zeker een keer aan moet geloven. Jammeer genoeg mocht ik niet doorgaan op die 22, omdat de partij klaar was. De systemen van het serie maken worden steeds interessanter. De ene speler plaatst de ballen graag in een hoek, de ander in een zone, de ander aan de lange band, of in het midden van de tafel. Het is de combinatie, de keuze, die belangrijk kan zijn. We kijken veel naar elkaar om theorieën te ontdekken, maar het is zeker dat we er steeds sterker in worden.

Kozoom/FB: Zo is er ook het verschil van culturen, van speelstijlen, de Europeanen, de Koreanen, de Zuid Amerikanen.
Torbjörn Blomdahl: Voor de echte kenner is het herkenbaar: de Koreaanse speelstijl en cultuur, de Europese, de Zuid-Amerikanen. De bekende en herkenbaar spelers die veel op tempo spelen, die de ballen zacht aanspelen, berekend, met zekere risico's. De spelers die vanuit alle posities kunnen scoren, zoals Sánchez en Sayginer, vaak ook Jaspers. Zoals Jaspers zijn laatste punt tegen Zanetti maakte, niet normaal. Typische verdedigers, ik noem Choi, Sayginer (ja, zeker ook Sayginer, onnavolgbaar sterk), Zanetti. En ja, over Sayginer: die afstoot, dat heeft verder niemand. Hij heeft niet alleen de breedste schouders, maar ook het breedste arsenaal van stoten, de meest fantastische oplossingen. Biljarten is kunst bij Sayginer.

Kozoom/FB: Hoe gretig is Torbjörn Blomdahl nog na al die jaren, al die titels, al dat reizen? Waar haal je de ambitie, de motivatie, de inzet vandaan om op zo'n hoog niveau te blijven presteren. De commentator op de World Cup zei: Torbjörn zegt: ik ben met het biljart getrouwd!!!
Torbjörn Blomdahl: Zal ik eerlijk zijn? Ik ben niet meer zo gretig als ik geweest ben. Ik ga biljarten, ik doe mijn uiterste best, maar het is geen drama als ik niet win. Het is niet meer zo krampachtig als in vorige jaren. Ik wil niet meer zo veel nadenken over de gevolgen, maar meer genieten. Ik hou wel van mijn sport, nog altijd. En zo lang ik in de top van de ranglijst ben geplaatst in de toernooien, is dit het mooiste wat ik kan doen om mijn carrière af te ronden.

Kozoom/FB: Had jij een ander leven willen leiden? Had jij willen uitblinken in een andere sport dan biljarten?
Torbjörn Blomdahl: Nee, absoluut niet, ik vind mijn sport fantastisch. Welke sport in de wereld bestaat er nog waar je op je 59e jaar nog altijd kan verbeteren? Kijk wie er in Sharm El Sheikh in de finale van de World Cup stonden: drie van de vier waren bijna zestig jaar. Ik had echt nooit topsporter willen zijn in een andere discipline van de sport.

Topvorm in de laatste World Cup in Sharm El Sheikh: 40 in 10, serie van 22

Kozoom/FB: Waar staat biljarten/driebanden in zijn huidige ontwikkeling? Heeft de wereldbond zich meer en meer op professionaliseren gericht? En wat betekent dat voor de absolute top?
Torbjörn Blomdahl: Wij, of de UMB samen met ons, hebben heel veel veranderingen doorgevoerd. Dat is noodzakelijk geweest voor de ontwikkeling van onze sport. En we zijn er nog niet. Het prijzengeld is omhoog gegaan, het aantal toernooien, er zijn technische veranderingen doorgevoerd, ook in de systemen. Jammer dat we twee, drie jaar hebben stilgelegen, want we kunnen nog verder met al die ontwikkelingen. We zijn naar bijna twee keer zo veel toernooien gegaan als vroeger, bijvoorbeeld door de komst van de Survivals. Voor profbiljarters is het allemaal veel beter geworden.

Kozoom/FB: Hoe zeer heeft de scheuring, met de UMB en nog jonge profbond in Zuid Korea, jou als groot kampioen beziggehouden? Wat is jouw mening nu, ruim twee jaar na die opzienbarende breuk?
Torbjörn Blomdahl: Ik houd me er niet zo veel mee bezig, eerlijk gezegd. Die mensen zijn weg, ze denken dat ze daar hun pensioen kunnen halen en laat ze maar doen. Het is hun keuze. Ik kijk nooit naar wedstrijden daar. Weg is weg. Een vriend liet me toevallig laatst een wedstrijd zien tussen Caudron en een man met een masker op. Die maakte een paar punten en Caudron miste een paar keer. Ach, ja. Het kan me eigenlijk niet boeien. Zij willen daarmee doorgaan en moeten het zelf weten. Er zijn nogal wat spelers teruggekeerd, Morales, Carlsen, Kasidokostas, Piedrabuena en nog meer. Ik hoor dat ze hun geld niet hebben gekregen. Ik ga er verder niets over zeggen, het is zoals het is.

Kozoom/FB: Jij bent zelf, om wat voor reden dan ook, nooit gevraagd om in die bond te gaan spelen. Had je dat anders wel gewild of overwogen?
Torbjörn Blomdahl: Wij spelen bij de UMB, de wereldbond, we horen bij de internationale sportbond, het IOC, dus ik wil hier absoluut niet weg. Het is goed zo, dat ieder zich met zichzelf bemoeit. Ik voel me hier thuis, als ik dat circus zo op tv zie, dan wil ik daar helemaal niet bij zijn.

Kozoom/FB: Kan biljarten echt, zoals Raymond Ceulemans laat zien, tot 80 jaar op redelijk niveau worden gespeeld? Jij lijkt me wel zo'n speler die dat zou willen doen.
Torbjörn Blomdahl: Helemaal niet, zo lang wil ik niet doorgaan. Ik heb nog wat andere dingen te doen. Ik wil ook nog wat teruggeven aan biljarten, zonder dat ik nu al vaste plannen heb. Vanaf nu nog vijf jaar spelen, dat lijkt me wel genoeg, als mijn lichaam dat tenminste nog toelaat. Ik begin langzamerhand wat te trillen met mijn hand, dat moet niet erger worden. Maar over vijf jaar, dan ben ik 64, dan is het wel genoeg geweest.

Kozoom/FB: Je vader Lennart was er zelf bij toen je voor het laatst wereldkampioen werd in Randers. Hoe zal hij je dit keer volgen, is hij nog altijd in goede gezondheid en een trouwe volger?
Torbjörn Blomdahl: Hij gaat er hier in Egypte zeker niet bijzijn. Eigenlijk kijkt hij nooit naar mijn wedstrijden. Toen we het WK in Randers speelden, was hij gekidnapt door mensen van mijn club. Hij werd er naartoe gesleept. Maar eigenlijk is hij veel te zenuwachtig. Hij wacht altijd op zijn vrouw, mijn moeder dus, om te horen wat ik heb gedaan. Zelf heeft hij al vijftien jaar niet meer gebiljart.

Kozoom/FB: Zou er, als we het daar toch over hebben, een rol weggelegd zijn voor jou als commentator bij wedstrijden? Je hebt er een onmiskenbaar talent voor.
Torbjörn Blomdahl: Ik zou het heel graag willen. Het spel interesseert me ontzettend, alles aan biljarten is boeiend, ik wil dat met mijn kennis heel graag overbrengen op de mensen om te laten zien hoe geweldig mooi deze sport is.

Torbjörn Blomdahl, gehecht aan het traditionele materiaal

Kozoom/FB: Het materiaal wordt steeds belangrijker: tafels, lakens, keuen. Wat zegt het voor jou dat de laatste drie grote toernooien (Veghel, Lausanne, Sharm El Sheikh) zijn gewonnen door spelers met een carbon topeind?
Torbjörn Blomdahl: Ja, het is wel opvallend dat die toernooien zijn gewonnen met dat nieuwe materiaal. Maar hoe goed is het, ik weet het niet. In snooker speelt niemand met carbon, in pool ongeveer fifty-fifty, bij ons in driebanden straks ook de helft. Maar het is niet zoals bij golf, bijvoorbeeld, waar de spelers voor elke slag een andere club pakken. Wij in biljarten moeten de keu aanpassen aan de stoot, niet andersom. Ik vind het goed waar ik al jaren mee speel, en ik wil in mijn laatste jaren absoluut niet meer omschakelen. Ik vind het goed zo met de keu waar ik nu mee speel.

Kozoom/FB: En tot slot: van jou is bekend dat je een tiental talen redelijk beheerst (Zweeds natuurlijk, Duits, Engels, Frans, Nederlands, Spaans, Deens, Turks, Italiaans?). Klopt het dat je in de Corona tijd ook Koreaans hebt geleerd?
Torbjörn Blomdahl: Ik heb een cursus Koreaans van 250 uur gevolgd op internet. Dus ik kan nu goed verstaan wat ze zeggen, maar het moet nog veel beter worden. Stel dat ik nog eens commentaar wil gaan geven op televisie in Korea...

Ja of nee?
Word jij ooit trainer of coach van jonge talenten?
Torbjörn: Ja
Zie jij de PBA over vijf jaar nog bestaan?
Torbjörn: Nee
Biljarten in sportieve kleding liever dan in sjieke kleding?
Torbjörn: Ja
Wordt de nieuwe wereldkampioen heel rijk van biljarten?
Torbjörn: Ja
Word jij sneller verliefd op een mooie vrouw dan op een mooi biljart?
Torbjörn: Ja

Dank voor het interview, Torbjörn, veel succes op het WK deze week.

Het laatste podium van een WK, Torbjörn Blomdahl bovenaan in Randers

Het laatste juichen van de kampioen: Randers 2019

 

 

 

 

Commentaren