Logonieuwstvcommunitystore

Game IconDriebanden

Help Therese een handje

11-04-2017

Gepubliceerd door bert van manen

commentlinktwitterfacebook
thumbnail
© © Kozoom

Van 12 tot 14 Mei ontvangt Danielle Le Bruyn in Biljartcentrum De Ploeg in Halle-Zoersel de deelnemers aan het WK driebanden voor vrouwen. De titelhouder en favoriet is - uiteraard - Therese Klompenhouwer. 

Een blik op de lijst met vier groepen van vier, en je ziet al snel wie er ver kan komen.  Gúlsen Gegener, Lee Mee Rae en Orie Hida zijn de gevaarlijkste concurrenten van Therese, al kunnen natuurlijk ook Karina Jetten en Namiko Hayashi voor een verrassing zorgen.

Gülsen trakteerde vorige week in Luxor de geroutineerde Ronny Brants op een nederlaag, en ze maakte daar haar 30 punten in 32 beurten. Zo sterk speelt ze niet dagelijks, maar het is toch een visitekaartje.  Lee Mee Rae kennen we nog van die superspannende finale in het vorige WK, toen Klompenhouwer een shootout nodig had om te winnen. Ze is jong, in de groei en dus gevaarlijk. Orie Hida mag je nooit onderschatten: ze is naast Therese de enige speelster die toernooimoyennes rond de 1, zelfs boven de 1 kan spelen.    

 

Halle 2017

 

Als je politiek correct wilt schrijven over het driebanden bij de vrouwen, dan kom je met dooddoeners als: ze doen het toch knap want het zijn allemaal amateurs, ze hebben kinderen of een baan, en de sfeer is bij de dames altijd zo goed en sportief. Niet dat ik er moeite mee heb om dat op papier te zetten: ik heb het zojuist gedaan.   

Maar het is een stuk moeilijker om hardop te zeggen dat het damesdriebanden bepaald niet floreert. Als je dat schrijft, dan sta je direct op de lange tenen van de mensen die zich ervoor inspannen, of de speelsters zelf voelen zich aangevallen. Waag het vooral niet om kritisch commentaar te hebben op de magere moyennes in de onderste helft van het veld, dat is taboe.

Ik heb al eens eerder mijn nek uitgestoken over dit onderwerp, en ik doe het nog maar eens. Niet om iemand te kwetsen, maar gewoon om het beestje bij de naam te noemen. Het damesdriebanden staat nog altijd in de kinderschoenen, en ik zou zo graag zien dat er wat meer schot in kwam.  

Zelfs internationale damestoernooien hebben vaak maar weinig niveau in de diepte en breedte, en dat is NIEMAND'S SCHULD. De biljartsport is al een kleine economie, en het vrouwenbiljarten genereert misschien 1 % van de totale geldstroom. Geen enkel damestoernooi heeft ooit een goed budget, het is altijd ad hoc en compromissen sluiten.   

De federaties en confederaties kunnen ook maar weinig doen, om de randvoorwaarden van de vrouwen te verbeteren. Prijzengeld, reiskosten, het blijft armoe troef en behelpen. Een tweede, niet te onderschatten probleem: het invitatiebeleid. De wereldranglijst bij de vrouwen is geen accurate afspiegeling van speelsterkte, dat kan ook niet met zo weinig toernooien. En het gevolg is, dat een aantal van de betere speelsters er gewoon niet bij is, als het er echt om gaat. Op het WK dus.

Voorbeelden? Denk aan Su Ah Park uit Korea. Tijdens het invitatietoernooi in New York in 2013 kwam ze sterk voor de dag, met een derde plaats achter TK en Hida. Ook de wereldkampioene van 2012, Natsumi Higashiuchi, is er niet bij in Halle. Verder missen we Srong Pheavy uit Cambodja (de enige vrouw die Therese Klompenhouwer wist te verslaan in de afgelopen vier jaar!). Zij vist achter het net omdat Cambodja niet is aangesloten bij de UMB. Mercedes Gonzalez uit de USA is er niet bij, ook een speelster die al menigmaal rond de 0.750 heeft gespeeld en daarmee de meeste Europese geselecteerden ver de baas is.

Er zijn ongetwijfeld meer voorbeelden, maar alleen al deze vier dames zouden in Halle-Zoersel kanshebber zijn op een kwartfinaleplek of beter. Wat we nu gaan spelen, is vergelijkbaar met een WK zonder Dong Koong Kang, Merckx, Piedrabuena en Zanetti. Ik vind dat doodjammer.  

Niemand is daar schuldig aan, het is zoals het is. Er zijn maar weinig speelsters  boven de 0.6, die kleine groep moet volop de ruimte krijgen om hun sport uit te dragen.  Alle publiciteit is welkom, als ze wat kunnen bijverdienen, prima. Als ze hun niveau kunnen verhogen, en in eigen land meisjes en vrouwen enthousiast kunnen maken voor het driebanden, dan hebben we de hoofdprijs te pakken. Maar dan moet er wel alles aan gedaan worden, om op een WK een zo sterk mogelijk veld aan de start te krijgen.    

Mijn aanbeveling aan de federaties zou zijn, om bij internationale vrouwentoernooien een heel liberaal beleid te voeren ten aanzien van wildcards. Strikte regeltjes die gebaseerd zijn op de (niet erg serieus te nemen) wereldranglijst zijn contraproductief. 

Hoe promoten we het vrouwenbiljarten? Vanaf de basis, door te scouten. Het zal niet zo makkelijk zijn om die pareltjes te vinden, die nu misschien 0.4 spelen maar kunnen  doorgroeien naar 0.8. Maar als je ze kunt vinden, zijn ze goud waard voor de sport.

Therese is al jaren een voortreffelijke ambassadrice van het damesdriebanden, maar ze kan de kar niet in haar eentje trekken. We hebben echt een paar nieuwe talentjes nodig, en die zullen we in de biljartzalen en de verenigingen moeten vinden.     

 

Commentaren